2. Van Rur naar Donau

En zo fiets ik na 6 dagen verder langs de Rur. Eigenlijk is het best bizar, het water is gezakt, het fietspad ligt bijna overal vrij, de zon schijnt, alsof er niets is gebeurd. Het is zondag en er zijn ook lokale fietsers onderweg. Hier en daar is duidelijk te zien dat het pad overstroomd is geweest, regelmatig staat het water ver buiten de normale oevers maar heeft geen schade aan mens en dier aangericht voor zover men dat heeft verteld.

Monschau
Monschau

In Monschau heerst een schijnbaar ontspannen gezelligheid. De Rur dendert hier door het stadje dat ik al jaren vermijd vanwege de enorme drukte. Door de coronamaatregelen is het weer aangenaam om erdoor te lopen. De terrassen zitten vol, dat wel. Hier heeft men geen last ondervonden van het hoge water. Na een lange klim die ik met mijn batterijtje netjes opklim kom ik op de Vennbahn.

Vennbahn

Dát is pas vreemd. Hier is niets te merken van enige overstroming. En druk! Veel dagjesfietsers maar ook veel langeafstandsfietsers, veel meer dan ik dacht. Na de mooie route langs de Rur valt de Vennbahn erg tegen. Veel over gehoord maar ik vind hem eigenlijk saai. Dit stuk in elk geval want na 22km ben ik er weer af. Ik had ook erg uitgekeken naar de ‘Waffelwagen’ die zeer teleurstelt met wafels opgewarmd in de magnetron, nooit doen! Maar het was al te laat. Via de mooiere en vooral rustigere L45a zet ik mijn tent op het schuine veldje van het Belgische Worriken. Vlak voor Losheim ben ik weer terug in Duitsland waar de L45a overgaat in de Kyllradweg. Meteen krijg ik weer een welkomstbericht van ‘Die Bundesregierung’ met een ellenlange tekst over alle corona maatregelen.

Terug in DE
Picknick langs de Kyll

De Kyll is een van de rivieren die een flinke overstroming heeft veroorzaakt maar hoe de situatie is weet ik niet en niemand die het me echt kan vertellen. Maar vlak voor Jünkerath wordt het duidelijk zichtbaar. Ik sta ineens voor een afgesloten weg waar een groot deel van is verdwenen. Een paar mensen houden het lint voor me omhoog want te voet kan je er nog goed en veilig door. Er is gelukkig alle begrip voor mijn aanwezigheid. Maar als de fietsende Belgen snel over het volgende lint willen rijden is er daar iemand die het even te veel wordt en flink uithaalt. Als die man niet zo agressief was geweest (wat ik best begrijp) had ik hem inderdaad geholpen om schoon te maken. De buurtbewoners stellen me gerust, hij is altijd zo! Ze wijzen me voor nu een alternatieve weg maar vertellen ook dat het moeilijk gaat worden om Trier te bereiken, ook Köln is niet meer te bereiken.

Het water in de Kyll is inmiddels flink gezakt maar heeft flinke schade veroorzaakt. Door dorpsbewoners is enorm veel werk verzet om op te ruimen zodat het er vaak genoeg schoon en opgeruimd uitziet. Aan de enorme bergen afval is te zien hoe groot de ravage was. In drie dagen tijd zo hoorde ik later is evenveel ‘afval’ verzameld als normaal in een heel jaar. Even later kom ik bij een brug over de Kyll die weer rustig stroomt. Maar de brug is geblokkeerd door een flinke berg modder, takken en brokken hout, een boom hangt over de brugleuning. Ernaast ligt de spoorbrug die er nog slechter aan toe is. Tussen Keulen en Trier rijden dan ook geen treinen meer, het spoor is op veel plaatsen totaal vernield en het zal nog even duren, maanden, jaren misschien, voordat die weer helemaal is hersteld. Die uitweg heb ik dus niet meer.

Ik voelde me al niet echt op mijn gemak om door dit gebied te fietsen maar dat wordt met de minuut ongemakkelijker. Toch moet ik een weg zien te vinden om eruit te komen. Vanaf de brug fiets ik weer terug en naar het volgende dorp en ook daar is de weg geblokkeerd. Deze keer staat die helemaal onder water en omringd door hekken. De alternatieve weg daar was al voor de ramp in onderhoud en onbegaanbaar. Uiteindelijk strand ik in het kleine dorpje Birgel. Ik ga maar een onderkomen zoeken en eens rustig uitzoeken hoe ik uit dit gebied kan komen. Dan blijkt dat alle fietswegen in elk geval geblokkeerd zijn. Met een enorme omweg (zoiets als via de Noordkaap naar Rome) zou ik nog in Trier kunnen aankomen. Dan wel over de gewone wegen, niet helemaal ongevaarlijk want de snelweg naar Trier is ingezakt, kapot, weg weg dus veel verkeer over de kleinere wegen en automobilisten die niet echt zijn ingesteld op zwaar bepakte fietsers, zowel een risico voor de automobilisten als voor mij, maar niet doen.

Ik ben beland bij een hartelijk Nederlands gezin dat hier het mooie Bilgerhof runt. Mijn luxeprobleem wordt nog kleiner als ik hun geschiedenis hoor. Covid-19, herseninfarct, overstroming. En toch vriendelijk, hartelijk, moedig en vol humor. Ik ben trouwens niet de eerste die hier door de catastrofe is gestrand met de fiets. Een heerlijk nachtje hier geslapen en heel wat wijzer geworden. De volgende dag brengt zoon Tobias met de grote auto van zijn moeder met mijn fiets achterin mij naar Trier. Grotendeels via de kleinere wegen dus, wel erg mooi. Nog diezelfde dag trein ik naar Donaueschingen. Viermaal overstappen en de laatste avondtrein naar de eindbestemming. Allemaal ‘Regiobahn’. In de eerste twee treinen rol ik mijn fiets er zo in en uit. De derde is al lastiger vanwege de hoge drempel maar hulp komt van alle kanten. De vierde heeft zo’n lastig hoge smalle trap maar ook daar staat een jonge meid klaar om alles aan te pakken. Ik krijg mijn fiets echter niet in de haak die te hoog hangt, dan maar niet en de conductrice zegt er ook niks van. De vijfde en laatste trein is een lokaal boemeltje. Dat wordt weer makkelijk in en uitrollen denk ik dus ik bind alles weer stevig vast op de fiets zodat ik snel kan wegrijden bij aankomst op het perron. Nou, mooi niet! Ook hier een trap! Snel weer afladen dus maar dan springt een andere fietser het perron op en tilt de fiets met bagage en al de trein in. Ok, ik help hem wel natuurlijk maar wat een kracht heeft die gast. Hij heeft er een flinke dag fietsen op zitten. Als ik dan eindelijk in Donaueschingen aankom heb ik alweer iemand gevraagd te helpen, werkt altijd hier. Ook de machinist helpt om alle tassen naar buiten te krijgen, anders krijgt hij te veel vertraging denk ik. In het nachtelijke pikkedonker fiets ik het stadje uit naar het pension dat even daarbuiten ligt. Ik moet er echt dagen van bijkomen!
Om mijn benen weer in het gareel te krijgen maak ik een mooi tochtje door de dorpen in de omgeving, rustiger en mooier dan het toeristische Donaueschingen vind ik zelf.

Bron van de Donau in Donaueschingen

 

Begin van de Donau, samenvoeging van de Breg en de Brigach
Donaueschingen
Reinheitsgebot aan het Bierpfad
Kunst langs het fietspad

De Donau. Een mooie fietsroute heb ik al zo vaak gehoord maar veel en veel te druk, filerijden. Alleen daarom al reden genoeg om er niet te zijn. Maar door corona is het anders. Een echtpaar vertelde dat het vorig jaar juist heel rustig was. Mijn oorspronkelijke route gaat dwars door het gebied waar het vorige  week ook zo tekeer ging. Niet de ravage als in de Eifel maar wel schade en overstromingen. De Donauroute ligt daar iets noordelijker van en zo kom ik ook in Oostenrijk.

Wat ik niet wist is dat het nog best heuvelachtig langs deze route kan zijn. En dat ook het water in de Donau flink gestegen is en overstromingen heeft veroorzaakt. De beruchte ‘Donauversinkungen’, plaatsen waar de rivier ineens verdwenen lijkt, waar de rivierbedding droog staat, nou die staan dus niet droog, de rivier stroomt hier stevig door. Voorbij Tuttlingen fiets ik langs hoge rotsen waar soms bovenop een kasteel of burcht staat. De klimmetjes zijn echt pittig, ik word alsmaar gelukkiger met mijn batterijtje. Deze eerste dag was ook langer dan gepland, door de omleidingen staat er deze eerste dag bijna 100km op de teller.

Daar kan ik rustig van bijkomen want de volgende dag, in Sigmaringen is het pestpokkeregenweer. Ik ga het Sigmaringen Schloss dan maar bezoeken. Met een media tape word ik in het Duits rondgeleid. Zo krijg ik tenminste nog wat kennis mee. Maar als ze in de portretgalerij van elke man zijn hele ellenlange saaie levensloop uit de doeken doet haak ik even af. Het is een somber kasteel eigenlijk dat nog deels door de nazaten wordt bewoond. Met de onophoudelijke regen en donkere luchten word ik er niet vrolijker van.

Ik ga het terras op van de ‘Hofkonditoren” onder een grote parasol om droog te blijven. Het is tijd voor koffie en warme Apfelstrudel mit Vanillesosse, ook warm. En die ís toch lekker! Daar word ik wel vrolijk van! Onbewust lik ik ongegeneerd het bord schoon. Ineens zie ik achter het raam – binnen zijn ook zitplaatsen – een man zich kostelijk vermaken om mijn kunstje. Oeps! Ach wat, ik maak mijn karweitje gewoon af. Intussen geniet ik op mijn beurt van de bellenblaasman. Met een emmertje sop en een koord tussen 2 stokjes maakt hij enorme bellen die de kinderen maar wat graag willen vangen.

Aan het mooie weer van de afgelopen dagen is dus alweer aan een einde gekomen. Nee ik spoel niet weg maar de buien zijn wel hevig en ik heb de pest aan fietsen in de regen. Dan zie ik gewoon niks meer, alleen maar gericht op het fietspad. Dat is soms asfalt, soms bospad en vaak gravel. Een beetje water op gravel vind ik prima maar als het echt nat is wordt het ook glibberig. Tussen de buien door is het goed fietsweer, warm en zonnig zelfs. In Ehingen ben ik net voor de bui binnen. Een mooie zonnige warme dag was het maar ineens hing een zwarte dreigende lucht achter me. Het waait amper dus ik ben sneller bedacht ik. Gelukkig vind ik net op tijd een pension want het begint na aankomst meteen behoorlijk te donderen en te knetteren en weer die stromende regen die maar niet lijkt op te houden. Maar het kan ook knetteren als ik wel kampeer, urenlang flitsen en donderen en regen natuurlijk. Er komt hier zoveel water naar beneden!

Zo gaan de dagen door, droog en nat, binnen en vooral buiten slapen, natte tent, dampende kleren, mooie stadjes als Riedlingen, Munderkingen, het prachtige Rathaus in Ulm, Donauwörth, Ingolstadt, Neuburg, Regensburg en allemaal mooie dorpjes daartussen. Af en toe een omleiding omdat het fietspad is overstroomd door de Donau. En regelmatig stevige klimmetjes, voor mij in elk geval. Zo ligt er ineens een klimmetje van 20% voor me, belachelijk toch! Mijn fiets redt het eigenlijk wel maar mijn longen niet zodat ik het 2e deel mijn fiets omhoog moet trekken en duwen en oppassen dat ik niet weer terug naar beneden glij! Gelukkig is boven een ‘Radler Oase’ om even uit te rusten en vers water te tappen. De meeste watertappunten zijn gesloten vanwege corona maar deze niet. Ik ben niet de enige die heeft moeten duwen, iedereen komt zwaar hijgend boven.

Hijgend terugkijkend…
Bijkomen na 20%

Ondanks dat het allemaal mooi is vind ik het ook wel een beetje saai, veel van hetzelfde. Soms loopt de route direct langs de Donau maar ook vaker verder van de rivier af, over landwegen en door stille dorpjes.  Een tochtje van 6km op de boot naar Kelheim wordt zo een bijzondere belevenis. Ik heb ook niet de behoefte om álle stadjes te bekijken, dan komt er van fietsen soms weinig terecht en dat doe ik toch het liefst.

Tijdens de Schiffahrt

Echt grappig zijn dan de medefietsers onderweg. Je komt elkaar tegen op de camping of onderweg. Blijf ik ergens een dagje hangen dan kom ik weer nieuwe medefietsers tegen voor een paar dagen. Of zij blijven ergens hangen en dan kom ik ze later toch weer tegen. Soms hele families met zwaarbeladen fietskarren. Of stelletjes met hun hond. Frappant zijn de vele vaders die met hun (puber)zonen op trektocht zijn, hun tentje delen en veel plezier hebben. Ook in Duitsland is in coronatijd het fietsen enorm in populariteit gestegen. Het leukste stel is de vader met zijn twee dochters van 10 en 12. Wat een kanjers die meiden. We komen elkaar onderweg tegen en belanden een paar keer op dezelfde camping. Een dagrit van 90km? Daar halen ze hun schouders voor op. Ik zie ze onderweg, die van 10 moest flink trappen want vader houdt er een flink tempo in. Zijn fiets is echt overbeladen. Die van 12 fietst achteraan, muziek in de oortjes en armen dansend in de lucht, het lijkt haar geen enkele moeite te kosten. ’s Avonds eten ze samen uit de pan en hebben ze nog volop energie over voor actieve spelletjes op het kampeerveld. Ik vind het mooi om te zien dat ook deze vorm van kamperen (zelf koken en je ontbijt maken) steeds populairder wordt bij Duitsers.

En dan de ‘Aziatische’ avond. In de douche kwam ik haar al tegen en tot mijn verbazing staat ze ook op het veldje, de Chinese moeder met haar 2 kids en haar vader. Ze slapen in een klein tentje, van goedkoop materiaal. Die staat meestal in huis of in de garage opgebouwd voor de kids. Ineens besloot ze er echt mee te kamperen, het is vandaag hun eerste nacht ooit dat ze echt buiten slapen. Tussen ons in staat een grotere meer professionele tent waar een Mongoolse familie van 6 slaapt. Zij houden zich erg afzijdig maar de Chinese vrouw is een echte bruggenbouwer, spreek perfect Duits en weet de Mongoolse man die eerst weigerde toch zover te krijgen om haar te helpen vuur in de BBQ te krijgen.  We zitten met zijn allen onder het afdak aan de tafels of rond de BBQ. Een gasbrandertje o.i.d. kennen ze niet, de BBQ rookt behoorlijk. De Chinese vader is bij zijn dochter op bezoek om haar te ondersteunen maar steekt geen poot uit, laat haar al het werk opknappen. Maar gaandeweg de avond ontdooit hij wat en port ook de  BBQ steentjes op. De kids zijn leuk en prettig nieuwsgierig.  Ik vind het zo leuk dat ook zij het kamperen ontdekken. Gelukkig heeft hun tentje de vele regen van die nacht goed doorstaan. De mijne staat deels onder een boom waardoor die ook deels droog is gebleven. Die kan ik ‘s morgens dan ook snel inpakken voor de buien weer losbarsten.

Soms heb ik ook geluk. Onderweg wordt het al aangegeven met kleine bordjes ‘Radlers Rast’ en ‘Coffee to go’. In een piepklein dorpje is aan het tuinhek een soort loketje gemaakt, met een keurig schermpje, twee stoelen ernaast en de in de keuken gemaakte cappuccino smaakt heerlijk. Ik eet er meteen mijn broodjes erbij. Donkere wolken hangen in de buurt en ik hoop dat het droog blijft, het is totnutoe een droge dag. Na een uurtje ga ik weer verder en even later blijkt dat er in mijn koffiepauze flinke buien zijn gevallen, het is kletsnat op de weg, grote plassen, heb ik toch ook weer mazzel 🙂

Kaffe to go

Nu zit ik in Deggendorf in een FeWo, een ‘Ferien Wohnung’. Het is augustus geworden en hoogseizoen voor de Duitse vakantiegangers die liever in eigen land blijven. Buitenlandse toeristen zijn er wel maar niet veel. Maar dat betekent dus dat alles snel vol zit. Zelfs de camping is völlig ausgebucht, ik mag er niet meer bij. Ik heb geluk dat ik dit gevonden heb na tig keer gehoord te hebben dat alles ’leider ist belegt’. Ik moet er wel flink voor klimmen om er te komen maar dat is geen echt probleem meer en het uitzicht is mooi.
Het heeft zo zijn voordelen om in een FeWo te overnachten. Ik kan er koken, zelfs een wasje draaien, een pizza in de oven bakken, mijn benen lekker hoog leggen, mijn sojayoghurtje koel houden en sinds lang weer eens van een echt bord aan een echte tafel eten. Thuis heb ik dit ook allemaal en is het heel gewoon maar nu is het een heerlijke luxe. FeWo’s zijn in Duitsland relatief goedkoop, meestal voor €50 voor 2p, soms krijg ik dan korting of als je meerdere dagen verblijft. Het blijft wel raar dat ik uitgerekend bij mooi weer binnen slaap.

Het heeft nu echter nog een voordeel. Sinds een week kamp ik met vervelende kiespijn die dan uiteindelijk  weer verdwijnt bij genoeg inname van paracetamol. Maar mijn eerste nachtje hier werd danig verstoord want ook dat hielp niet meer. Dankzij de inzet van mijn vriendelijke pensionhoudster, een krasse dame van 81 die elke tandarts lijkt te kennen, heb ik dan tegen alle voorspellingen in een afspraak weten te krijgen. En die bleek hard nodig. Na een uur sta ik weer buiten met een wortelkanaalbehandeling achter de rug. De eerste van drie! Over een week, ergens in Oostenrijk volgt nummer twee en nog weer een week later nummer drie. De rest van de dag ben ik niet meer aanspreekbaar, met een dekentje over me heen languit op de bank. Pizzaatje uit de oven, de paracetamol haalt de ergste pijn weg zodat ik die kan eten en het smaakte ook nog maar lekker geslapen heb ik niet. Vanmorgen trok de pijn dan eindelijk weg dus het is wel ergens goed voor geweest. Nu ben ik aan het bijkomen, kan ik ook weer een stukkie schrijven, niet verkeerd om daar wat luxe bij te hebben. Nadeel is wel dat ik een zekere planning moet maken om die vervolgafspraken te realiseren. Morgen ga ik in elk geval weer verder, regen of geen regen, overmorgen fiets ik eindelijk Oostenrijk binnen.

4 gedachten over “2. Van Rur naar Donau

  • 23 augustus 2021 om 16:47
    Permalink

    Prachtig verhaal, Bernadette! Respect dat je ‘gewoon’ doorploegt, bij alle ontberingen.

    Beantwoorden
  • 7 augustus 2021 om 19:20
    Permalink

    He wat leuk, een reactie van jullie!
    Dank je. Ja doordeweeks is het doorgaans vrij gemakkelijk om een betaalbare binnenplek te vinden onder de €40, het hakt wel in het budget en eigenlijk slaap ik liever buiten al is de luxe ook wel fijn, zeker met kiespijn. Morgen ga ik richting de bergen, daar kijk ik echt naar uit. En naar buiten slapen.
    Is Ben weer helemaal opgeknapt?

    Beantwoorden
  • 6 augustus 2021 om 09:19
    Permalink

    Mooi verslag Bernadette, dat is wel bikkelen met al die omleidingen/afsluitingen etc. Mooi dat je vaak binnen in een huis kunt slapen.
    Stekte met je kiespijn !

    Beantwoorden

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *